Als je een vast voordeeg gebruikt, maak je je brooddeeg in
twee fasen.
Je neemt alle ingredienten die je voor je brood nodig hebt.
Daarvan zet je de helft opzij voor fase 2. De andere helft gebruik je voor fase
1. Let op, je kunt ongeveer 1/3 minder gist gebruiken wanneer je met een
voordeeg werkt.
Fase 1
Kneed alle ingredienten door elkaar. Ik gebruik voor het
kneedproces gewoon mijn broodbakmachine. Als alles goed is gekneed, stop je het
deeg in een kom, dek deze af en zet opzij. Bij een koele omgeving kun je het
gerust een hele nacht wegzetten, bij warme temperaturen volstaat een paar uur.
Fase 2
Voeg de andere helft van de ingredienten toe en kneed goed
door elkaar. Let op als je een
broodbakmachine gebruikt. Dit vaste voordeeg is vrij stijf van structuur en
sommige broodbakmachines vinden het moeilijk om dit door de overige
ingredienten te kneden. Het kan zijn dat je met de hand moet werken.
Na het kneden kun je je gewone broodbakrecept erbij pakken
en vanaf de tweede rijs volgen. Je deeg heeft dus de eerste rijs al gehad, je
gaat het nu vormen en klaarzetten voor de tweede rijs en vervolgens afbakken.
Dankzij het gebruik van je voordeeg is je brood langer vers
en houdbaar, heeft het een betere smaak en rijst het mooier. In veel landen is
het gebruik van een voordeeg standaard bij het bakken van brood.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten