zondag 14 oktober 2012

Naan

Voor een bring-your-own dinner met Indiaas thema besloot ik naans te bakken. Nooit eerder gedaan, maar zo moeilijk kan het niet zijn toch? Ik ben dól op naan, tenminste op de heerlijke fluffy, licht vochtige, boterige naan die je in een goed Indiaas restaurant geserveerd krijgt. Niet op de kant-en-klare afbakrampen van de supermarkt.
Ik ging er vanuit dat ik een goede fluffyness zou bereiken met een mooi eigengemaakt deegje dat voldoende kneding en voldoende rijstijd zou krijgen.

Ik probeerde drie verschillende recepten, en werkte per recept met drie verschillende rijstijden, baktemperaturen en baktijden. Zo bakte ik negen verschillende naan-varianten.

En echt ALLE naans mislukten.
Nou ja, mislukten... Ze werden wél lekkerder dan in plastic verpakte afbaknaans. Maar ze voldeden totaal niet aan mijn ideaalbeeld van de dampende heerlijkheden uit het Indiaase restaurant.
Uiteindelijk koos ik ervoor om de naans in te vriezen voor privé-gebruik, en om voor het BYO-dinner echte, goede naans te halen. Daarvoor ging ik naar (imho) het beste Pakistaanse restaurant van Den Haag: Lasanie.

Bij het restaurant begrepen ze meteen wat er bij mij mis was gegaan.
Ik werd meegetroond naar de keuken om daar mee te kijken, hoe ze daar ter plekke de naans bakten: in een oven die de vorm had van een enorme ketel (bijna manshoog), met houtskool onderin. De stukken deeg werden gewoon tegen de binnenwanden van de oven geplakt. Deze oven is vergelijkbaar met een originele kleioven, waarin naans horen te worden gebakken. Deze hitte en deze manier van bakken is niet te imiteren met mijn eigen simpele heteluchtoven.
Gelukkig, het lag aan de oven, niet aan mij!
De naans uit deze Indiase oven waren natuurlijk onovertroffen en we hebben gesmuld.

Mijn imitatie-naans hebben we later thuis lekker bij wat anders opgegeten. Het waren trouwens prima lekkere broodjes geworden. Voor degene die toch graag zelf aan de slag wil met het bakken van naans, heb ik hier het recept.